Hernieuwbare energie in Luxemburg: wat u moet weten
Hoe de nieuwe indringers in de energiesector het hoofd te bieden
Nu downloadenIn januari 2008 heeft de EU-commissie de 20-20-20-voorstellen inzake klimaatveiligheid en hernieuwbare energie gepubliceerd. Deze voorstellen behelsden een vermindering met 20% van de uitstoot van broeikasgassen (BKG) en een groei met 20% van het aandeel van hernieuwbare energiebronnen (HEB) in het cumulatieve energieverbruik van de EU-lidstaten.
Het verschijnen van deze voorstellen viel samen met een periode waarin het beleid ten aanzien van hernieuwbare energie in Luxemburg juist vastere vorm begon aan te nemen. Om de doelstellingen - die overigens niet bindend waren - te halen, zou Luxemburg het volgende moeten doen
- zijn broeikasgasemissies met 20% te verminderen en
- het aandeel van duurzame energiebronnen in zijn eindverbruik van energie uitbreiden van 0,9% in 2005 tot 11%-10%, waarvan ten minste 10% aan de vervoersector moet worden toegewezen.
Deze verwachtingen leken vanaf 2008 onmogelijk te verwezenlijken. Het land heeft echter een opmerkelijke bijdrage geleverd door zijn broeikasgasemissies in 2017 met 21% te verminderen ten opzichte van 2005, en in 2020 11,7% van zijn eindenergieverbruik uit hernieuwbare energiebronnen te halen.
Dus waarom is dit een groot probleem?
Om dit te begrijpen, moeten we het geheugen opfrissen en een korte maar volledige kroniek van hernieuwbare energie in Luxemburg doornemen:
Hernieuwbare energie in Luxemburg: hoe ver ze zijn gekomen
1990: hernieuwbare energiebronnen vertegenwoordigden slechts 0,9% van de totale primaire energievoorziening van het land.
1993: de ingebruikneming op van twee fotovoltaïsche installaties van elk 3 kW werd toegestaan. Dit was misschien het begin van de seismische omwenteling in de vooruitgang op het gebied van duurzame energie in Luxemburg.
1997: vier windturbines van 500 kW werden in bedrijf gesteld en aangesloten op het elektriciteitsnet van het land. In datzelfde jaar werd begonnen met de opwekking van elektriciteit uit biogas.
2002Het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in de totale energiemix is gestegen van 0,9% in 1990 tot 1,3%. 1,1% was afkomstig van brandbare hernieuwbare energiebronnen en afval, terwijl de resterende 0,2% werd opgewekt uit waterkracht. De elektriciteitsproductie piekte op 97,4 GWh uit waterkracht, 36,2 GWh uit huishoudelijk afval, 24,7 GWh uit windturbines, 9,3 GWh uit biogas, en 59 MWh uit zonne-energie. Als gevolg daarvan daalden ook de broeikasgasemissies met 21% ten opzichte van 1990.
2008-2012: Luxemburg heeft zijn Kyoto-doelstelling met betrekking tot de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen niet gehaald. In 2005 werd Luxemburg opgenomen in de Kyoto-protocollen die de reductiedoelstellingen voor broeikasgasemissies aan de betrokken landen toebedeelden. Luxemburg had een reductie van 28% ten opzichte van de niveaus van 1990 gekregen, maar kon uiteindelijk slechts een gemiddelde reductie van 9% binnen de doeljaren behalen.
2017De natie kende een verbazingwekkende daling van de broeikasgasemissies met 20% ten opzichte van de niveaus van 1990. In dezelfde periode is het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in het totale energieverbruik met sprongen gestegen van 3,3% tot 7,5%.
2020: De totale uitstoot van broeikasgassen is met 30,42% gedaald ten opzichte van 1990 - een enorme vermindering van 10,42% binnen drie jaar!
Wat meer is? Het land heeft ook zijn door de EU vastgestelde streefcijfer van 11% voor hernieuwbare energiebronnen overtroffen door 11,7% van zijn eindenergieverbruik uit hernieuwbare energiebronnen te halen.
Beleidsmaatregelen ter bevordering van de groei van hernieuwbare energie in Luxemburg
Verschillende steunregelingen en beleidsmaatregelen stimuleren de groei van hernieuwbare energie in Luxemburg. De meeste van deze beleidsmaatregelen werden ingevoerd in dezelfde periode waarin het leek dat de 2020-doelstellingen niet haalbaar zouden zijn. Vervolgens werd ontdekt dat dit beleid van invloed was geweest op de positieve resultaten in 2020:
- Feed-in Tariff System: Luxemburg heeft deze stimuleringsmaatregel ingevoerd om elektriciteit uit duurzame energiebronnen te bevorderen. Het is een systeem waarbij de netbeheerders de prosumenten betalen voor het overschot aan elektriciteit dat zij naar het net terugsturen, tegen markttarieven in kWh.
- Premietarief: Naast de feed-in-tarieven heeft de Luxemburgse regering ook feed-in-premies ingevoerd, waarbij aan prosumenten bonussen worden gegeven bovenop de marktprijs voor de elektriciteitsproductie.
- Subsidies: De ingevoerde subsidies werden ondergebracht in vier:
- 20% korting op de subsidiabele kosten voor fotovoltaïsche (PV) stations met een vermogen van minder dan 30kW.
- Subsidie van maximaal 45% voor industriële bedrijven die investeren in de opwekking van duurzame elektriciteit.
- Subsidie van maximaal 40% voor ambachtelijke en commerciële bedrijven die investeren in de opwekking van hernieuwbare elektriciteit.
- Fondssubsidie tot 50% korting voor gemeenten die PV-stations installeren met een vermogen van minder dan 30kW ter bescherming van het milieu.
- Aanbesteding: Investeerders die geïnteresseerd zijn in nieuwe fotovoltaïsche installaties met een vermogen van meer dan 500kW, worden opgeroepen voor een aanbesteding, waarbij hun een premiecontract van vijftien jaar wordt toegekend.
Ander beleid: Om de bovengenoemde regelingen verder te versterken, heeft de Luxemburgse regering verschillende beleidsmaatregelen ingevoerd, zoals verplichtingen inzake duurzaam bouwen en infrastructurele steun.
Lopende RE-projecten en -initiatieven in Luxemburg
In 2021 werd het startschot gegeven voor het waterkrachtproject Vianden in Luxemburg. Het initiatief, een waterkrachtproject van 1.296 MW met een reservoircapaciteit van 7,34 miljoen kubieke meter, bevindt zich in Diekirch, Luxemburg, en is nog steeds aan de gang.
De Luxemburgse regering heeft momenteel ook actieve opleidingsprogramma's voor installateurs lopen.
Prognoses van deskundigen
In Luxemburg denken de statistici dat tegen 2030:
- De netto-emissies van broeikasgassen zullen met 50-50% zijn gedaald ten opzichte van de niveaus van 2005, waarmee de door de EU vastgestelde doelstelling van 40% wordt overtroffen.
- Het totale eindverbruik van energie uit hernieuwbare energiebronnen zal zijn gestegen tot 23-25%.
- Dit geraamde eindenergieverbruik zal een maximale efficiëntie van 35,6TWh hebben bereikt.
en dat tegen 2050 Luxemburg zal hebben:
- een BKG-uitstoot van nul bereikt en
- 100% energie-efficiënt te worden uit hernieuwbare bronnen.
Conclusie
Vanaf mei 2020 is de gemiddelde benzineprijs in Luxemburg lager dan de gemiddelde prijs wereldwijd. De betaalbaarheid van ruwe olie en derivaten daarvan vormt echter een belangrijke belemmering voor de groei van hernieuwbare energie in het land, aangezien mensen deze optie handiger vinden dan investeren in hernieuwbare energie. Als de Luxemburgse regering haar belastingwetten op de invoer, de transactie en het gebruik van ruwe olie in en binnen het land herziet, kan de afhankelijkheid verminderen.
De in dit bericht besproken statistieken laten zien dat het gebruik van hernieuwbare energie in Luxemburg in een ongelooflijk tempo toeneemt, en wijzen in de richting van een mogelijkheid, zo niet een overtreffing, van de genoemde prognoses.
Opmerkingen